ALPINE MULTIMEDIA SYSTEM
Systeem -menu
Klik op het startscherm op "Instellingen" en vervolgens op "Systeem". In dit menu kunnen de volgende parameters worden ingesteld:
- « Scherm » ;
- « Geluid » ;
- « Taal » ;
- « Toetsenbord » ;
- « Datum en tijd » ;
- « Apparaatbeheer » ;
- « Home-menu » ;
- « Gebruikers- profiel ».
warning
Om veiligheidsredenen mogen deze handelingen alleen uitgevoerd worden als de auto stilstaat.
« Scherm »
Vanuit het tabblad "Helderheid" 1 kunt u de helderheid aanpassen:
- op het multimediascherm;
- ...
Pas de helderheid aan door op "+" of "˗" te drukken of door de functies in of uit te schakelen.
Op het tabblad "Stijl" 2 kunt u een afbeelding selecteren voor de achtergrond van het stand-byscherm van het multimediasysteem.
Raadpleeg het hoofdstuk op "Apps" en vervolgens op "Foto" voor meer informatie over het uploaden van afbeeldingen.
Opmerking: de instellingen voor de functie "Daghelderheid centraal scherm" worden 's nachts uitgeschakeld en de instellingen voor de functie "Nachthelderheid centraal scherm" worden overdag uitgeschakeld.
« Geluid »
Met dit menu kunt u verschillende geluidsopties instellen.
Afhankelijk van het uitrustingsniveau zijn sommige opties niet beschikbaar.
Het voertuig heeft drie uitrustingsniveaus:
- Standard ;
- Focal ;
- Focal Premium.
Op het tabblad "Audio" 4 kunt u de volgende instellingen configureren:
- de equalizer selecteren;
- de "Balance" instellen;
- de geluidswaarden "Laag/Midden/Hoog" instellen;
- het volume instellen afhankelijk van de rijsnelheid door op "+" of "˗" te drukken;
- de volumeconsistentie in- of uitschakelen, afhankelijk van de audiobronnen.
« Ambiance »
Verkrijgbaar met het uitrustingsniveau Focal of Focal Premium.
U kunt een van deze vooraf gedefinieerde muziekequalizers instellen:
- Natural ;
- Live ;
- Lounge ;
- Club.
« Balance »
Met deze functie kunt u de geluidsverdeling instellen. Druk op "Gecentreerd" of "Handmatig" voor een optimale geluidsverdeling voor alle inzittenden.
Als u het scherm aanraakt of als "Handmatig" is geselecteerd, kunt u de instellingen wijzigen door het doel 5 te verplaatsen.
« Laag/Midden/Hoog »
Met deze functie stelt u de geluidsverdeling af tussen de volgende waarden:
- « Laag » ;
- « Midden » ;
- « Hoog ».
« Volume/Snelheid »
Beschikbaar voor de versies Focal en Focal Premium.
Met deze instelling kan het audiosysteem het volume aanpassen aan de rijsnelheid.
Afhankelijk van het land waar het voertuig wordt verkocht, kunt u op het tabblad "Spraak" 6 de volgende opties instellen:
- kies het stemtype voor de navigatie-instructies;
- de gesproken begeleiding van de navigatie activeren/deactiveren;
- stel het volume van de navigatie-instructies in;
- stel het volume van de spraakherkenning in;
- schakel de geluidsknop voor spraakherkenning in of uit;
- het spraakcommando (Voice command auto-barge in) activeren/deactiveren;
- ...
Vanuit het tabblad "Telefoon" 7 kunt u de volgende instellingen aanpassen:
- het volume van de beltoon aanpassen;
- het volume van het telefoongesprek aanpassen;
Vanuit het tabblad "Overige" 8 kunt u de volgende instellingen aanpassen:
- inschakelen/uitschakelen van het geluidseffecten voor verwelkoming in het interieur;
- het geluid van de toetsen in- of uitschakelen;
Vanuit het submenu 9 kunt u de standaardinstellingen resetten.
« Taal »
Met dit menu kunt u de taalkeuze voor de auto instellen. Selecteer de gewenste taal.
U wordt geïnformeerd over de beschikbaarheid van gesproken commando´s voor elke taal.
« Toetsenbord »
Via dit menu kunt u een van de volgende virtuele toetsenbord kiezen:
- « Alfabetisch » ;
- « Azerty » ;
- « Qwerty » ;
- « Cyrillisch » ;
- « Grieks » ;
- ...
Bij het invoeren van tekst kan het multimediasysteem passende woorden voorstellen.
U kunt het type toetsenbord selecteren in het submenu.
« Datum en tijd »
Gebruik dit menu voor het aanpassen van:
- de weergavemodus;
- de datum;
- de tijd (12 uur of 24 uur);
- de klok "Analoog" of "Digitaal";
- automatische regeling;
- afstellen van datum en tijd.
Opmerking: wij raden u aan de automatische instellingen te behouden.
« Apparaatbeheer »
Gebruik dit menu om de verschillende verbindingen met uw multimediasysteem te configureren:
- « Bluetooth® » 10 ;
- « Apparaten » 11 ;
- « WIFI » 12 ;
- « Gegevensuitwisseling » 13.
Vanaf het tabblad "Bluetooth®" 10 kunt u uw telefoon(s) aan het multimediasysteem koppelen. Voor meer informatie: Een telefoon koppelen, ontkoppelen.
Opmerking: de lijst van de instellingen kan variëren afhankelijk van de uitrusting.
Vanaf het tabblad "WIFI" 11 kunt u de internetverbinding gebruiken die wordt aangeboden door een extern apparaat (hotspot) in een winkel, restaurant, woning of via een telefoon, enz.
Vanuit het submenu 14 kunt u:
- wissen hotspots;
- gebruik een verborgen hotspot;
- naar de verbindingsprocedure.
Selecteer een van de WIFI-apparaten om de verbinding te configureren.
De eerste keer dat u verbinding maakt met het multimediasysteem is een wachtwoord vereist.
Vanuit het submenu 15 kunt u de toegangspunten verwijderen.
tip
Als u de "Hotspot"-functie gebruikt, kan de vereiste overdracht van mobiele gegevens extra kosten met zich meebrengen die niet in uw telefoonabonnement zijn inbegrepen.
Vanuit het submenu 16 kunt u:
- verschillende verbindingen configureren voor elk geautoriseerd apparaat;
- toegang krijgen tot de helptekst "Smartphone spiegelen";
- een goedgekeurd apparaat verwijderen;
- alle goedgekeurde apparaten verwijderen.
Vanuit het tabblad "Services" 18 kunt u de "Apparaatbeheer" 17 configureren en de "Tutorial over smartphone-integratie" openen.
Cursus smartphone-integratie
Dit menu biedt uitleg over het inschakelen van de "Smartphone spiegelen". Controleer het volgende voordat u begint:
- uw smartphone is uitgerust met de app Android Auto™ of CarPlay™;
- de app is bijgewerkt en compatibel met uw multimediasysteem;
- uw smartphone is verbonden met het multimediasysteem.
Zie voor meer informatie 'Telefoonverbinding maken/verbreken'.
Met behulp van de functie "Apparaatbeheer" 17 kunt u de smartphones selecteren die u automatisch wilt verbinden met de "Smartphone spiegelen".
Vanuit het submenu 19 kunt u apparaten verwijderen.
Opmerking: de lijst van de instellingen kan variëren afhankelijk van de uitrusting.
Afhankelijk van het land waar het voertuig wordt verkocht, kunt u zodra de app "Android Auto™" of "CarPlay™" werkt met uw multimediasysteem, de spraakherkenningsknop 20 in uw auto gebruiken om bepaalde smartphonefuncties met uw stem te bedienen.
Zie "De spraakherkenning gebruiken" voor meer informatie.
Vanaf het tabblad "Gegevens" 21 hebt u toegang tot informatie over:
- welke operator verantwoordelijk is voor de verbinding met uw auto;
- verbindingsgegevens en status;
- gegevensdeling.
De status- en verbindingsgegevens melden de status, het ontvangstniveau 22 en de systeem-id.
Het ontvangstniveau en de status voor het delen van gegevens worden aangegeven in het pictogram 22:
- gegevens delen via 23;
- gegevens delen uit. Ontvangstniveau 24;
- auto offline of buiten het dekkingsgebied 25.
« Home-menu »
Met dit menu kunt u de beginpagina's voor uw multimediasysteem instellen.
De beginpagina's kunnen worden gewijzigd door de gewenste widgets toe te voegen en ze naar wens op de beginpagina's te plaatsen. Zie voor meer informatie over het configureren van de startpagina: Widgets toevoegen en beherenWidgets toevoegen en beheren.
Vanuit het submenu 26 kunt u:
- widgets verwijderen;
- resetten om de standaardconfiguratie te herstellen.
« Gebruikers- profiel »
Met dit menu kunt u een gebruikersprofiel kiezen om in te stellen voor het systeem.
Selecteer het gewenste gebruikersprofiel.
Functies met betrekking tot het gebruikersprofiel
De volgende instellingen zijn opgeslagen in het gebruikersprofiel:
- de taal van het systeem;
- de afstandseenheid instellen (indien beschikbaar);
- de beginpagina configureren;
- weergave-instellingen;
- Voorinstellingen weergeven;
- de radio-instellingen afstellen;
- navigatie-instellingen;
- de navigatiegeschiedenis;
- de navigatiefavorieten;
- de privacy-instellingen (profiel vergrendelen, enz.) afstellen;
- ...
"GUEST"-profiel
Met het GUEST profiel hebt u toegang tot de functies in het hoofdmenu.
Het tabblad "Aanpassen" 27 is niet toegankelijk vanuit dit profiel. Het GUEST-profiel wordt gereset als het systeem opnieuw wordt opgestart; de instellingen worden niet opgeslagen.
Vanuit submenu 28 kunt u de verschillende profielen beheren.
tip
Om uw persoonlijke gegevens beter te beschermen, adviseren we om uw profiel te vergrendelen.
Voor meer informatie over het gebruik van uw persoonlijke gegevens: Services inschakelen
De naam van het gebruikersprofiel wijzigen
Druk in het tabblad "Algemeen" 32 op de knop "Naam bewerken" 29 om het profiel een andere naam te geven.
Vanuit het submenu 31 kunt u:
- gebruikersprofiel ver- of ontgrendelen;
- het profiel kopiëren;
- alle instellingen verwijderen die zijn opgeslagen in het profiel;
- het profiel bijwerken;
- ...
De foto van het gebruikersprofiel wijzigen
Druk in het tabblad "Algemeen" 32 op de knop "Naam bewerken" 30 om een afbeelding te selecteren in het multimediasysteem van een extern opslagapparaat (schijf USB). Raadpleeg voor meer informatie over het bekijken van foto's hoofdstuk "Foto".